elke patiënt heeft symptomen die afhangen van het type amyloidosis en de betrokken orgaansystemen. Veel van deze symptomen zijn algemeen en kunnen voorkomen bij andere ziekten. Het is daarom dat een diagnose soms moeilijk is.
primaire (AL) amyloïdose
bij primaire (AL) amyloïdose zijn het hart, de nieren, het zenuwstelsel en het maagdarmkanaal het vaakst betrokken., Amyloïde afzettingen in deze organen kunnen kortademigheid, vermoeidheid, oedeem (zwelling van enkels en benen), duizeligheid bij het staan, een gevoel van volheid in de maag (vooral na het eten), diarree, gewichtsverlies, vergrote tong, gevoelloosheid van de benen en armen, en eiwit in de urine veroorzaken.
secundaire (AA) amyloïdose
bij secundaire (AA) amyloïdose symptomen zijn meestal die van de onderliggende chronische infectie of ontstekingsziekte. Amyloïde afzettingen komen vaak eerst voor in de nier en kunnen eiwit in de urine, oedeem en vermoeidheid veroorzaken.,
erfelijke (ATTR) amyloïdose
bij erfelijke (ATTR) amyloïdose is het zenuwstelsel vaak betrokken. Dit kan leiden tot gevoelloosheid en tintelingen in de armen en benen, duizeligheid bij het staan, en diarree. Sommige mutaties en families ontwikkelen hartziekte (cardiomyopathie). Elke familie heeft zijn eigen patroon van orgaan betrokkenheid en bijbehorende symptomen. De wijze van overdracht is autosomaal dominant, wat betekent dat het direct van ouder op kind wordt overgegaan en slechts 1 exemplaar van het gen nodig is om ziekte te ontwikkelen., In dit type van amyloidosis heeft elk kind van een ouder met een abnormaal gen een 50% kans om het abnormale gen te erven. Als een kind het gen niet erft, kan hij/zij het niet doorgeven aan toekomstige generaties.